Srimati Radharani’s Verschijningsdag

Dinsdag 14 September 2021 Vasten tot 12 uur

Srila A.C. Bhaktivedanta Swami Prabhupada
We bidden tot Radharani omdat zij het vreugdevermogen van Krishna is. Krishna betekent “alaantrekkelijk”, maar Radharani is zo groot dat ze Krishna aantrekt. Krishna is al-aantrekkelijk, en zij is de aantrekkingskracht van Krishna. Dus wat is de positie van Srimati Radharani? We zouden dit op deze dag moeten proberen te begrijpen en onze eerbetuigingen aan Radharani brengen. tapta-kāñcana-gaurāṅgi rādhe vṛndāvaneśvari vṛṣabhānu-sute devi praṇamāmi hari-priye Ik betuig mijn respect aan Radharani, wiens lichamelijke gelaatskleur als gesmolten goud is en die de koningin van Vrindavan is. U bent de dochter van koning Vrishabhanu en u bent zeer dierbaar voor Heer Krishna. Ons bedrijf is Radharani. Je bent zo dierbaar voor Krishna! Daarom bieden wij u onze respectvolle eerbe- tuigingen aan. Radharani is hari-priya, Krishna zeer dierbaar. Dus als we Krishna benaderen via Radharani, door de genade van Radharani, dan wordt het heel gemakkelijk. Als Radharani aanbeveelt: “Deze toegewijde is erg aar- dig”, dan accepteert Krishna onmiddellijk, hoe dwaas ik ook ben. Omdat je wordt aanbevolen door Radharani, ac- cepteert Krishna. Daarom zul je in Vrindavan zien dat alle toegewijden de naam van Radharani meer reciteren dan die van Krishna. Waar je ook gaat, je zult merken dat de toegewijden elkaar aanspreken: “Jaya Radhe!” Je vindt dit nog steeds in Vrindavan. Ze verheerlijken Radharani. Ze zijn meer geïnteresseerd in het aanbidden van Radharani. Want hoe gevallen ik ook ben, als ik Radharani op de een of andere manier kan behagen, dan is het voor mij heel gemakkelijk om Krishna te begrijpen. — Lezing op Radhastami-dag, Londen, 18 sept 1969.

Srila Bhaktisiddhanta Saraswati Thakur Prabhupada
Het volgende is een fragment uit een lezing gegeven door Srila Bhaktisiddhanta over Rādhāṣṭamī in 1931 in de Saraswat Nat-mandir van Sri Gaudiya Math: Laat die personificatie van opperste grootmoedigheid, Srimati Radha- rani, die altijd gretig is om de genade van de Allerhoogste Heer namens alle levende wezens te verzamelen, in on- ze harten verschijnen en haar aanwezigheid bekendmaken. Zonder onderwerping aan degene die Govinda be- schouwt als alles voor hem (sarvasva), beseffen we de betekenis van het woord “sarva” niet. “Govinda sarvasva” – “sva” betekent “van jezelf”, en “sva” betekent ook “rijkdom”.

Als we degene hebben die Govinda’s eigen rijkdom is – degene die hem rijk maakt, die rijkdom die alles is voor Govinda – als zij het object van onze aanbidding wordt, dan zullen we begrijpen wat aanbidding is. Als we na het lezen van de 18.000 verzen van Śrīmad- Bhāgavatam niets over haar te weten komen, dan was onze lezing tevergeefs. Als we door een onbekende sukṛti de associatie krijgen van degenen die dicht bij Sri Brishabhanu-nandini Srimati Radharani staan, als we het geluk hebben om over haar te horen, dan kunnen we de inspiratie krijgen om door te gaan naar ons uiterst heilzame doel. Ze is alles voor de zoon van Nanda, die het reservoir is van alle extase, en we zullen nooit toegewijde dienst aan Govinda bereiken zonder haar en haar dienaren te dienen.